Posts tonen met het label proefnotitie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label proefnotitie. Alle posts tonen

zaterdag 6 juni 2015

TREK - Lekker eten en beestjes in je bier.


Twente staat soms een beetje bekend als nuchtere uithoek waar de kat uitgebreid uit de boom gekeken wordt. Van de opkomst van hippe baarden en opnieuw begonnen ex-bankiers met ambachtelijke scharrelsalades, houtovenpizza's en slow-cooked gehaktballen is hier dus ook nog weinig te merken. Maar dit weekend is dat even anders, want in het volkspark vindt het Food Truck Festival TREK plaats. Dat slaan we dus mooi niet over!

5 juni gaat de boeken in als een tropische dag, en dat is goed te merken als je het terrein oploopt - (na controle van de rugzak - want je mag géén eigen drank meenemen). In een ruime en gezellige opstelling staan de vrolijke caravans, tentjes en campertjes met ditto inwoners, zij het met soms aardig rode koppen van de temperatuur. De poffertjesman lijkt het zwaar te hebben, maar ook die heeft volgens eigen zeggen naar zijn zin. Overal klinkt muziek en de lucht is gevuld met veelbelovende grillgeuren.

Maar eerst eens een lekker biertje. Dat blijkt een fikse tegenvaller; ondanks dat alle gehaktballen met de hand gedraaid zijn, de frietjes bio en handgesneden en alle koffie versgemalen blijkt al het bier van, jawel, Grolsch. Geen leuke kleine brouwerijtjes dus - en dat valt wel even tegen. Nu pas snap ik waarom ik geen eigen bier mee mocht nemen. Het verkrijgbare speciaalbier beperkt zicht tot meibok en Weizen van Grolsch, en ook Grimbergen (ook door Grolsch verzorgd) is een optie. En dan is er niet eens gewone Grolsch pils, maar wordt hier duidelijk het hippere (en volgens mij minder lekkere) Kornuit op de kaart gezet. Nou ja, op naar het eten dan maar.

Erg lekkere kaas-pastinaak en garnaal-venkelkroketten!
Het eten lijkt allemaal prima in orde - we hebben natuurlijk lang niet alles geprobeerd, dat is niet alleen teveel maar zou ook behoorlijk in de papieren gaan lopen. De prijzen zijn behoorlijk hoog, zeker als je veel wilt proberen, maar de porties zijn dan ook in de meeste gevallen vrij fors. 8€ voor een kleine pizza en 3€ voor een kroket waren de uitschieters, maar beiden waren dan wel weer heel erg lekker. Vrijwel iedereen is trots op wat hij of zij levert en staat met zichtbaar plezier achter de bar, balie of barbecue.



Veruit het leukste is voor mij de insectenbus "Microbar" - de enige plek waar ik niet gewoon een erg lekkere versie eet van iets dat ik ken, maar waar ik echt iets nieuws kan proberen. De krekel op een stokje is een mooie instapper, en we proberen dus ook snel wat andere gerechtjes; vooral de Bhel Puri was superlekker. In dit Indiase gerecht met tomaat,rode ui, koriander, kruiden en gepofte rijst vormen de insecten een lekkere aanvulling, maar om ze ook nog even 'echt' te proeven eten we ook nog een bakje met alleen geroosterde beestjes.


De meelwormen doen me denken aan geroosterde garnalen, en dan vooral de smaak van de schilletjes. De krekeltjes smaken een beetje naar cashew. Alles bij elkaar een typische, vlezige smaak. Als 'vleesvervanger' zit ik er niet op te wachten - dan eet ik liever af en toe vegetarisch - maar ze smaken van zichzelf oprecht lekker. En dan wordt het wel weer interessant.


We sluiten de avond af met een rondje over het gezellig roezemoezende terrein in iets afnemende hitte, en mogen de plastic Grolsch glazen mee naar huis nemen. Nou ja, misschien fijn voor op de camping. Hoe dan ook; dit weekend kun je in het Volkspark dus even doen alsof je in Amsterdam woont. En dat is best leuk voor een import-Tukker. Let wel op dat je geen beestjes in je bier krijgt...



Bekijk meer foto's op Facebook



vrijdag 28 november 2014

Gebrouwen: Âme Noire



Vanaf dit brouwseizoen ('14- '15) zal ik ook mijn brouwsessies verslaan. Weet je niets van brouwen? Kijk dan eerst even hier , kom langs bij het brouwgilde of koop een handleiding bierbrouwen.
Onderaan staan de ingrediënten - het exacte recept kun je via het contactformulier opvragen! 



Bière amère noire / Âme noire
Deze keer wordt het géén gebalanceerd, braaf biertje. Véél hop, dus lekker bitter, en véél zwartmout, dus goed donker: een bitter, zwart bier (bière amère noire) dus, genaamd 'zwarte ziel' (âme noire). Het etiket én de flauwe naam zijn dus ook meteen geregeld.


Als basisrecept ga ik uit van het fantastische boekje "British Real Ale", waar echter maar weinig stouts (want dat is het basistype) in staan. Ik verwerk het recept in het programma "Brouwvisie", waar ik een haat-liefde verhouding mee heb; het is (zeker onder Windows 8) niet al te stabiel maar je kunt er wel ongeveer alles wat met bier te maken heeft in berekenen. Vandaag heeft het wat kuren, maar uiteindelijk ben ik zover.

Al snel blijkt dat met de softwareperikelen de trend voor de dag gezet was; de beoogde mout (pale ale, een Engelse basismout) was al bijna op. Vandaar dat ik met pilsmout, special B en caramelmout ongeveer een vergelijkbare soort moutmix probeer te fabriceren. En ach, er gaat behoorlijk wat zwartmout in, dus voor de kleur is het niet van belang.

Het getob gaat verder, want mijn filter past (net) niet in mijn nieuwe 30-literpan. Pas na het afzagen van de koperbuisjes herinner ik me mijn pijpensnijder, wat me een half uurtje vijlen had bespaard. Vanaf het schroten van de mout ging alles gelukkig wat vlotter.

Ik heb de mout in 17 liter water van 60 graden gedaan en verwarmd tot 66 graden. Op die temperatuur is het zo'n anderhalf uur gebleven. De meeste Engelse recepten maisschen namelijk in één keer op 66-68 graden, terwijl de meeste 'continentale' recepten twee stappen van 62 en 72 aanhouden. Bij het filteren van de wort werd de toekomstige kleur al goed zichtbaar - zelfs bij het naspoelen van de bostel bleef de uitloop donker.

De keuze voor de hop was eenvoudig - zoveel had ik niet meer in de vriezer. Mijn Engelse hop (EK Golding) rook helaas echt niet fris, dus die verdween in de vuilnisbak. Een Engelse bitterhop had ik sowieso al niet, dus koos ik voor Magnum (een Amerikaanse bitterhop) met wat Styrian Golding, een Sloveense variant van de Engelse EK Golding. Die twee gingen direct nadat de wort aan de kook was erin. Na 75 minuten koken gaat dan ook de aromahop erin - weer wat Styrian Golding en nu ook Amarillo, een veelgebruikte Amerikaanse aromahop. Daarna is het bier gekoeld tot 19 graden en in de gistfles geheveld. Safale 04 erbij en twee weekjes wachten!

In totaal zitten er 80 gram hopbloemen in het bier, dus een mild bier is het niet; Brouwvisie berekent ruim 100 EBU. Qua kleur weet brouwvisie zich kennelijk geen raad meer, die berekent 370 EBC (een pils is zo'n 20EBC, de donkerste stout tussen de 80 en de 120). Laten we het er maar op houden dat het een donker bier is!

Het eindresultaat is zo'n 13 liter met een (hoger dan beoogd) eind-SG van 1064. Na vergisting eindigt het bier op 1018. Ik heb het verdund met 2 liter water waardoor ik uiteindelijk uitkom op een bier van 5.3% en een opbrengst van 14.6 liter. Ik gebruik 5 gram bottelsuiker per liter. Het bier is gebotteld op 16-11-2014, ruim een week na het bottelen is er al voldoende koolzuur.

Proeven
Het bier is inderdaad zeer donker en heeft een mooie, fijne en lichtbruine schuimkraag die langzaam opkomt. De geur is hoppig, droppig en chocoladeachtig maar heeft ook wat fris-fruitigs. Hij smaakt erg bitter, maar voor mij niet té. Ook in de smaak drop, chocola en een zuurtje van de gebrande mout en de bitterhop. Door de volle smaak lijkt hij zwaarder dan hij is.

Kortom: ik vind hem zeer geslaagd, maar het is zeker geen allemansvriend. Die kun je echter overal kopen, juist daarom brouw ik zelf!


Brouwdatum: 2-11-2014
Botteldatum: 16-11-2014

Mout 
  • Pils 
  • Pale ale
  • Special B
  • Caramout
  • Zwartmout
Hop
  • Magnum (Bitter)
  • Styrian Golding (Bitter & Aroma)
  • Amarillo (Aroma)
Gist
  • Safale 04 (korrel)
 







zondag 13 oktober 2013

Vruchtenbokken


Net zoals vorig jaar brengen dit jaar weer Jopen, Emelisse en de Prael samen een 'serie' bokken uit. Waren het vorig jaar noten die een extraatje moesten geven, dit jaar is het fruit. Er is niet gekozen voor appels en peren, maar voor smaken die velen toch al in sommige bokbieren kunnen vinden; gedroogde fruit - rozijnen, dadels en vijgen.

Om dit proeverijtje nog aangenamer te maken heb ik er maar direct een fijne bier-spijscombi van gemaakt; een verse vijg op een stukje rauwmelkse oud-belegen kaas, een Medjoul dadel gevuld met biologische geitenkaas en en handje eigengemixte studentenhaver, met (Manuka) rozijnen.

We begonnen het proeven met de Vijgenbok - dat was even schrikken. Een behoorlijk zoete geur met hoog kunstmatige gehalte kwam ons tegemoet. Inderdaad, vijg, maar dan wel een zwaar mishandelde. Een blik op het etiket bevestigt het vermoeden - hier is bij het brouwen geen echte vijg aan te pas gekomen. Gezien de prijs de wij die dag op de markt voor de vijgen hadden betaald misschien niet vreemd, maar het resultaat hiervan was echt niet lekker. Na een paar voorzichtige slokjes hebben we het voor gezien gehouden.

Bier twee was de Prael Dadels bok. Een bokkig geurtje (zoetig, caramel) met daar overheen een geur van zéér rijpe bananen, of, misschien als je het weet, dadels. Ietsje muffig, een beetje vreemd, maar niet storend. In de smaak bleef er echter weinig van over - een niet te zoet, lekker bokbier.

Als laatste proefden we de rozijnenbok. Ook die rook voor een bok niet echt afwijkend - hier trof ik eerder rogge dan rozijnen in de geur. De smaak leek eigenlijk vrij veel op die van de Prael - ook deze hebben we ons goed laten smaken.

De combinatie met de hapjes was niet slecht. Bij dergelijke combinaties loop je alleen wel het risico dat je smaken wegduwt - en dat was hier ook het geval. De vruchtensmaken waren (nou ja, afgezien van de 'vijg') subtiel en werden nog minder opvallend als je het 'echte' product ernaast eet. Lekker was het echter wel.

Kortom - ik ben benieuwd waar0 ze volgend jaar mee aan komen zetten - 3 granenbokken, wellicht? Ik  hoop wel dat de Jopen dan weer als vanouds smaakt, want dit ben ik echt niet van Jopen gewend...






dinsdag 28 mei 2013

Mix je eigen IPA

Recentelijk had ik  me gemengd in een Internetdiscussie over het wel of wat mij betreft vooral niet 'op smaak brengen' van je bier met een koffiepers - volgens mij een zeer matig idee. Ze voegen ingredienten toe aan een bier door ze in te laten trekken in een 'French press' - zo'n cafétière met een filter dat je omlaag duwt. Volgens mij verlies je bij het filter omlaag duwen het merendeel van je prik, en zorgen veel van de suggesties (koffie, cacao) voor vet in je bier, hetgeen een zekere dood voor je schuimkraag betekent. Nee, als je dan zo graag je biersmaak wilt beïnvloeden dan kun je beter zelf gaan brouwen, dat doe ik ook om die reden.

Het enige dat me daaraan nog wel aanspreekt is de mogelijkheid om zelf dryhopping te kunnen uitproberen. Met een basisbier en een paar hopsoorten kun je kijken welke hop daarvoor het lekkerst zou kunnen zijn. Je verliest wat prik, en moet vrij veel hop gebruiken omdat het zo kort gaat, maar het geeft je wel een idee. Voor iedereen die daar allemaal geen zin in heeft zag ik echter toevallig laatst de oplossing; het pakketje "IPA is dead" van Brewdog. Vier bieren met een gelijke moutsamenstelling maar elk met één eigen, single hop gehopt (tijdens het kookproces) en gedryhopt (na de vergisting toegevoegd). Superleuk om de verschillen tussen de hopsoorten te proeven, maar je kunt ook je eigen smaak bijeen mengen.


Als je zelf onbevooroordeeld wilt proeven, lees dan niet verder maar ga naar de slijter. In het Oosten des lands zijn ze in elk geval te vinden bij  Slijterij Berendsen.

Onze conclusie; de Dana had een wat akelige geur, richting asperges of soepgroente. (Ik heb eigenlijk het vermoeden dat het onderliggende bier die smaken had, en dat de Dana die het minst verbloemde). De Waimea was vooral bitter in de nasmaak en had niet heel veel aroma. De Golding was nog veel bitterder maar heeft een mooiere geur, en de El Dorado was het meest in balans. De eerste en laatste twee waren goed te combineren voor een prima IPA.

vrijdag 26 april 2013

Bio pils - gewoon bij Albert Heijn

Al een tijdje staat het in de schappen, de biologische Gulpener Ur bieren. Pilsner, Weizen en Amber bier. En al vind ik de bieren niet heel spannend, de pils neem ik nog wel eens mee. Gedachteloos greep ik dus laatst in het bovenste schap van onze Appie (lekkere product placement jongens, zo gaat iedereen aan de bio, maar niet heus). Bijna stond het kartonnetje al in de kar toen ik zag dat dit wat anders was - de Gulpener kartonnetjes waren toevallig op, en ik had een merkloos doosje "Biologische Pilsner"gepakt. Nou ja, merkloos - 'eigen merk' heet dat tegenwoordig. Weinig onverwachte ingrediënten, maar ja, wat kun je nou in biologische pils stoppen... Ook niet onverwacht maar wel opvallend was het prijsverschil; €5.05 voor de Gulpener tegen €3.30 voor de AH. Hoogste tijd dus voor vergelijkend warenonderzoek.



Bij het inschenken is direct duidelijk dat het hier om verschillende bieren gaat. De AH is donkerder van kleur dan de Gulpener. Ook in de geur is de Gulpener minder aanwezig, het blijft bij een licht hopgeurtje. De AH geeft meer prijs; een vleugje vanille, wat mout maar ook een beetje metaal. Ook in de smaak blijft de verhouding gelijk; de AH is voller, bijna stroperig en behoorlijk bitter. Wel is het einde wat wrang. De Gulpener is lichter, maar ook die eindigt scherp. Twee Nederlandse fabriekspilsners die net boven het maaiveld uitsteken en, mooi meegenomen, biologisch zijn.

De begrijpende lezer vermoedt het wellicht al; als ik blind moet kiezen dan wordt het de AH pilsner - en als ik de prijs daarbij meeneem zeker.

Toch was ik wel nieuwsgierig geworden naar de producent van dit bier - Albert Heijn produceert zelf natuurlijk geen bier. Voor zover ik weet is de grootste huismerkbrouwer Bavaria, maar op Ratebeer werd beweerd dat eer dit keer aan Gulpener toekwam - dat is in dit kader natuurlijk wel apart. De servicelijn van de Albert Heijn bevestigde dit echter desgevraagd; je krijgt dus voor een AH huismerkprijsje gewoon Gulpener Biopils. Met een ander etiketje, en een ander (beter!) smaakje.

Op Ratebeer:




vrijdag 20 april 2012

#BFG12 – Bier in de Martinikerk

Laat ik het maar meteen toegeven, ik ben niet vaak in een kerk te vinden. Op vakantie of met open Monumentendag wil ik nog wel eens de bouwkunst bewonderen, maar verder heb ik er eigenlijk weinig te zoeken. Dat is sinds 2011 anders: in dat jaar werd voor het eerst het bierfestival van Groningen georganiseerd. In de Martinikerk nog wel! Een fantastische locatie. Uiteraard waren we daarbij, en we hebben ons toen prima geamuseerd. Een goede reden om dit jaar terug te komen.



Direct was duidelijk dat het dit jaar anders zou zijn dan vorig jaar. Allereerst werd het festival niet alleen over twee dagen, maar ook over drie dagdelen verdeeld. Het festival was te bezoeken op vrijdag en zaterdag tussen 19:00 en 23:00, en op zaterdagmiddag tussen 13:00 en 17:00. Niet iedereen was even enthousiast over deze verdeling. “Als we lekker op gang zijn, dan gaan we liever meteen door. Wat moeten we nu met 2 uurtjes pauze?” aldus één van de standhouders. Ook bezoekers vonden de periode van vier uur wat kort, zeker gezien de (gestegen) kaartprijs aan de deur: €17,50.Voor mij persoonlijk was het in elk geval een reden om mij niet bij één van de verder interessante lezingen in te schrijven – die duurden toch al gauw één tot anderhalf uur, en dan blijft er weinig tijd over voor de rest van het festival.


Er was dus wel wat op aan te merken, maar er waren zeker ook positieve ontwikkelingen. Allereerst was het aantal toiletten dit jaar flink verhoogd. Bezoekers konden dit jaar mét toestemming achter de kerk hun behoefte doen. Voor de dames misschien een tegenvaller; wachtend in een rij benauwde gezichten heb ik vorig jaar diverse grote grijnzen gezien van dames die nu eens niet hoefden te wachten.


Ook het culinaire was uitgebreider dan vorig jaar – er waren onder meer broodjes garnaal of lamsvlees, kazen, Aziatische gerechten en broodjes worst te krijgen. Leuk om te proberen wat nu waarbij lekker is. Zo aten we een broodje lamsvlees bij een prima Porter van Hettinga, en pakte het broodje garnalen goed uit bij de Muifel USA. Diezelfde Muifel USA blies een hapje met makreelmousse en kool wel volledig weg – de aangerade Weizen was daar vast beter bij, maar ja, wie drinkt er nou een Hertog Jan Weizen als er een dergelijk aanbod is?


We spraken diverse kleine brouwers, vrijwel allemaal met grote plannen. Brouwerij Wispe was aanwezig met een biologisch blond bier, gebrouwen bij de Leckere in Utrecht. Hoewel het blonde bier erg smaakvol was had het een lichte botersmaak en een zuurtje dat niet helemaal volgens plan was. Ik ben benieuwd wat we volgend jaar van deze enthousiastelingen kunnen verwachten.



Oscar Moerman van de Twentse Bierbrouwerij stond klaar met zijn Schwarzbier en amber. Twee smakelijke bieren, gebrouwen in de kleine brouwerij in Hengelo. Vooral de Schwarz valt bij mij goed in de smaak. Op 10 juni van dit jaar zal bij de Twentse Bierbrouwerij het Twents Speciaalbierfestival worden gehouden.



Brouwerij Rodenburg schonk ons een prima lentebok, gecombineerd met kaas van de kaasproeverij. Daarvoor was helaas maar één inschrijving binnengekomen, vandaar dat het niet was doorgegaan. Ook dronken we de Night Porter, die mij een stuk beter smaakte dan vorig jaar: een mooie baltic porter, zachter en voller dan een Russian Stout.


Bij Mommeriete schonk brouwer Gert Kelder ons een geweldige lentebok. Hij is er trots op – en terecht. “De afgelopen jaren zijn we meerdere malen naar Duitsland afgereisd om van de oude brouwers te horen hoe een echte Maibock smaakte”. En dat is duidelijk anders dan de veel te zoete troep van nu. Het bier ruikt sterk moutig, is weinig zoet en heeft een mooie hopsmaak. Niet voor niets mag het de titel Topbock 2012 dragen!



Met een broodje worst in de hand zochten we naar een bier dat opgewassen was tegen het hartige worstje – dat vonden we bij Ramses. Het toch al hoppige bier werd nog eens door een lading verse hop heen getapt. “Het bier wordt daarvan niet bitterder, alleen de frisse smaken van de hop worden erdoor versterkt”. Dat klopte – en het ruikt nog eens lekker ook!



We brachten een kort bezoekje aan de brouwers die zeker het verst hebben gereden voor dit festival: Jessenhofke uit België. Ik probeerde er een Bière de Garde, die naar mijn smaak wat zoet was. “Erg goed om mee te koken, omdat er niet zoveel hop in zit. Een wildsoep bijvoorbeeld”. Dat zullen we zeker eens proberen, maar voor deze middag besloten we af te sluiten met een Muifel Barley Wine. Erg lekker, vergelijkbaar met de TIPA van Emelisse. Wel leek hij mij wat minder zoet. Een prima einde van een uitstekende middag.



We aten die avond geweldig bij Thai Jasmin, een restaurant op loopafstand van de Martinikerk. De curry's waren heerlijk kruidig en goed pittig – een absolute aanrader voor wie wel wat kan hebben. Wat mij echter wel verbaasde, is dat rond 19:00 een groepje het restaurant verliet, om naar het bierfestival te gaan! Ik vraag me echt af of die na al dat kruiden- en pepergeweld nog iets geproefd hebben...

Oh ja, ik zou bijna Heineken vergeten. Die hadden ook een stand!

zondag 25 maart 2012

Grolsch lentebok - verrassend lekker


Jaren geleden dronk ik mijn eerste een lentebok, en ik was meteen verkocht. Fris, hoppig, niet te zoet - het smaakte gewoon naar lente. Aangezien ik ook toen al in Twente woonde zal dat wel een Grolsch lentebok zijn geweest. Helaas is het sindsdien met dat biertje hard bergafwaarts gegaan. Net als de herfstbok (die ik jaren niet eens meer zelf proef) is er meer en meer suiker ingegaan, tot het uiteindelijk tot wéér een te zoet, oninteressant bier was verworden. Ondertussen veranderde mijn biersmaak ook - de andere kant op, hoe minder zoet, hoe beter.

Ik was dan ook voorzichtig optimistisch toen ik las dat Grolsch zijn recept dit jaar had aangepast. 20% minder suiker, en meer hop. Dat klinkt goed. Vandaar ook dat ik vandaag bij Berendsen in Enschede niet alleen de lentbok van Emelisse en Jopen heb meegenomen, maar ook die van Grolsch (en van Leffe, maar daar heb ik eigenlijk nog een hard hoofd over in).

Met bijna 20 graden en een lekker zonnetje op het balkon was het geen straf om de proef op de som te nemen. Vandaag proefden we eerst de Grolsch, toen de Emelisse. De Grolsch verbaasde mij in zéér positieve zin; hij ruikt echt naar hop, fris, verder moutig en met een vleugje honing. Ook in de smaak zit veel mout en aan het eind toch nog een tikje (suiker- / honing)zoet, maar alles bij elkaar gewoon een mooi gebalanceerd bier dat absoluut de lente eer aandoet.

Direct erna gedronken viel me bij de Emelisse op dat deze uiteraard toch weer iets minder zoet is, veel hoppiger en minder vol en moutig. Ook is het "typische Emelissesmaakje", lichtelijk gebrand/droppige erin te vinden. Een absolute topper, maar gek genoeg toch iets minder 'fris' dan de Grolsch.

Hoewel ik nog steeds net iets eerder een Emelisse open zal trekken dan een Grolsch ben ik blij met deze koerswijziging en hoop ik dat die doorzet. In de meeste pakjes zit de laatste jaren ook al steeds minder smaakversterker meer, dus er is duidelijk markt voor producten met échte smaak, niet alleen zout of zoet.

maandag 30 januari 2012

Brasserie Sancerroise


Als geboren en getogen Francofiel kom je nog eens ergens – meestal in Frankrijk. Ondanks jaarlijkse terugkerende andere plannen ("Engeland, of Noorwegen.", "Nee, Beieren, met een uitstap naar Praag") komen we toch vaak weer in La Douce France terecht. Zo ook twee zomers terug: ditmaal sneuvelde Slovenië en bevonden we ons aan de Loire.

De keuze voor de omgeving was beïnvloed door Météo France en de fietsen op de fietsendrager; ik ben slecht bekend met de Loire, maar het was er droog en langs water is in de regel mooi en niet te heuvelig fietsen. En, zeker niet onbelangrijk, natuurlijk komen er mooie wijnen uit de Loire. Bij aankomst bleken we helaas net het stuk Loire te hebben gevonden zónder wijnranken. Daarvoor in de plaats was er foeilelijk maar wereldberoemd serviesgoed.


Daarom togen we voor een dagtripje naar Sancerre. Hoewel ik al jaren dol ben op de witte wijn uit Sancerre, pas dit jaar kwam ik erachter dat mijn favoriete Franse kaasje (een crottin Chavignol) uit het naburige dorp komt. Geen wonder dat ze zo goed samengaan. We passeerden in het dorp zelf een winkeltje met een uitgebreide keus - en tegen heel wat sympathiekere prijzen dan elders. Ook verkochten ze heerlijke cake met crottin.



Na aankomst in het Sancerre troffen we tot onze verrassing echter geen wijnboer, maar een uitnodigend bord aan richting de "BrasserieSancerroise". Een brouwerij? In dit legendarische wijndorp? Nu heb ik mij er al bij neergelegd dat mijn passie voor bier slecht te combineren is met mijn liefde voor het Franse land, maar hier konden we niet zomaar langs rijden. Aan een rustig weggetje troffen we alle tekenen van een heuse brouwerij - torens plastic kratten, een duidelijke moutlucht en zag ik niet zelfs wat koper glanzen achter de ruiten? Het geheel was echter duidelijk gesloten, en openingstijden waren niet te vinden.

Lichtelijk teleurgesteld trokken we het dorp in. Daar troffen we een rustig centrum met een onopvallend plein, met daaraan Auberge Joseph Mellot. We aten er het ietwat toeristische "Menu du terroir et Traditions", dat begon met een terrine van vrij ambitieus formaat. "Ja, allemaal voor ons" werd ons desgevraagd bevestigd, "maar we hoefden het niet op te maken hoor". Dat moet je natuurlijk niet zeggen tegen Nederlanders.



De omelet die volgde was trouw aan de Franse stijl en dus erg lekker, maar of de begeleidende ham nou echt gerookt was op oude Sancerroise wijnstokken durf ik niet met zekerheid te zeggen. De klapper kwam echter op het eind; een ruime hoeveelheid, niet te oude, niet te jonge Crottin Chavignol die perfect samenging met de Sancerre die we erbij dronken.

Goedgeluimd liepen we weer richting de brouwerij, die nu duidelijk open en in bedrijf was. We groeten de aanwezigen, wierpen een bewonderende blik op de glimmende brouwinstallatie en bekeken op ons gemak het aanbod. Op een vragende blik richting de verkoopbalie, een complimentje over de mooie inrichting en zelfs een paar gerichte vragen werd lauwtjes gereageerd. Dit had ik elders nog niet meegemaakt: de doorsnee brouwer heeft weinig aansporing nodig om uitgebreid van wal te steken over zijn producten. En dat moest dan in een wijnland het toch al niet best in de markt liggende bier gaan introduceren? Dat kan nog wat worden. Verbouwereerd namen we een paar flesjes mee, en togen (na een prachtige dag) weer terug naar onze camping.



En de biertjes van de Brasserie Sancerrois? Ik drink nu de laatste tijdens het schrijven van dit stukje, en ach, het is niet anders dan vrijwel alle Franse 'speciale' bieren die je kunt vinden: mild, te zoet en weinig hop. Vaak zit er een onwaarschijnlijk en eigenlijk niet te proeven ingrediënt in, in dit geval zijn dat linzen uit Berry. Het mag niet baten.

Nee, laat ze maar lekker wijn maken, die Fransen.

zondag 21 november 2010

Geproefd: St Peter's Cream Stout

Gisteren gekocht bij van Erp in Groningen.

Weinig koolzuur, crème-bruin dun schuimlaagje. Gebrande mout, caramel en een vleugje laurier in de geur. Zachte, zeer volle smaak, begint vrij zoet en daarna vrij onverwacht fris, met een flinke gebrande bitterheid. Erg lekker.

St Peters Cream Stout (Fabrikant)

Ratebeer over Cream Stout van St Peters

zaterdag 30 oktober 2010

Geproefd: Hobgoblin

Hopgoblin van Wychwood

Een mooi helder bruin-rood bier met vrij grof, grijs-wit schuim. In de geur: caramel, chocola drop en laurier. De smaak: weinig zuur, flink zoet en flink bitter. Zowel bitter als zoet blijven lang hangen. Gebrande mout, chocola, en ietwat suikerige caramel. Leuk biertje, beetje een Engelse bokbier tegenhanger.

Op dit moment tijdelijk te koop bij de Lidl.

zondag 17 oktober 2010

Bokbierproeverij 2010

Zondag 10 oktober vond de bokbierproeverij plaats in de Beiaard in Enschede. Inmiddels is iedereen bijgekomen van het proeven, tijd voor onze mening. We hebben met zijn vieren 12 bokbieren geproefd. Het was een bijzonder gezellige middag, en leuk te zien dat zoveel mensen toch met het proeven van speciaalbier bezig zijn!

We hebben ons beperkt tot de keuze van de tap, die uit 23 stuks bestond. Uit fles kan immers ook thuis. We kozen er 12 op basis van verwachtingen (of liever: vooroordelen). Ze staan gerangschikt van slecht naar goed, dus sla de eerste over en lees vooral het onderste gedeelte!

IJsbock (SNAB)
Niet te drinken. Zeker nadat het dood was geslagen was de vergelijking met cola compleet. Zoet, weeiig en gewoon niet lekker.Misschien heel koud wel te doen (-20?).

Bokkige theodorus (Huttenkloas)
Zoet, zoet en nog eens zoet. Niets boeiends aan te vinden eigenlijk. Dat kan beter jongens, gauw zelf brouwen!

Rode Toren Bock (De Leckere)
Een tegenvaller, want ik kan de meeste van hun bieren wel waarderen. In dit geval echter vooral boterbabbelaars. Verder een lichte gistsmaak en wat laurier.
 
Abdij Bock Steenbrugge (Palm)
Geen echte verrassing, commercieel toegangkelijk bier. Te weinig koolzuur. Hopjes en honing in de geur.

Christoffel Bok (Christoffel)
Weer dat suikersmaakje, nu met een geurtje van frambozen. Matig.

Andechs Doppelbock
Weeiig zoet. Slappe hap.

Korbinian (Weihenstephaner)
Lijkt erg op zijn Duitse collega, maar is deze zou ik nog net wel gewoon opdrinken. Zacht en behoorlijk zoet, met een vleugje roggerbrood in de geur.

Jopen 4 granenbokbier
Niet heel slecht, maar wat een tegenvaller voor wat normaal gesproken één van onze favorieten is. Dit jaar is hij behoorlijk slap! Wat is er gebeurd Jopen?

Barbar Winterbok (Lefebvre)
Ook positieve verrassingen dit jaar. Een honingbok klinkt als hét recept voor een te zoet bokje, maar deze is prima in balans. Verrassend hoppig, geurig bier.

Wildebock (De Schelde)
Ons eerste biertje, dat moeilijk te overtreffen bleek. Zacht en vol maar toch bitter. Gedroogde fruitgeuren (vijg, dadel) komen naar voren.

Ezelenbock (SNAB)
Is dit van de zelfde makers als de ijsbok? Ongelooflijk lekker bokje.Kruidig, druiven in de geur en gebrande mout en sherry in de smaak. Daar nemen we er nog eentje van!

Molen Winterbock
Zijn wij eigenlijk wel bokbierfans? Dit is haast geen bokbier meer te noemen, maar wat is dát lekker. Een volle mond hop en gebrande mout, rozijnengeur en laurier. Zeer herkenbaar De Molen, schiet aardig richting de stouts en porters qua smaak.


Bokbieren horen natuurlijk vrij zoet te zijn, maar wat mij betreft was het suikerwatergehalte dit jaar erg hoog. Van de grote commerciele partijen zijn we niet beter gewend, maar ook onder de bieren waarvan ik beter gewend ben viel me af en toe echt de smaak van puur suiker op, en die kan ik niet zo waarderen. Evengoed is het dus duidelijk mogelijk echt lekkere bieren te vinden, wat je smaak ook is.

vrijdag 8 oktober 2010

Geproefd: Brunehaut Blond

Bier: Brunehaut Blond
Type: Blond
Alcohol: 6.5
Verkoopadres: Berendsen, Enschede
Brouwerij: Brasserie de Brunehaut
Bijzonderheden: Biologisch


Het bier is troebel goudgeel, de schuimkraag wit, fijn van structuur en stevig.
De geur is erg moeilijk te vangen, maar ik haal er appel- en perencider, een vleugje alcohol en medicijnengeur uit.
Bij de eerste slok valt vooral op dat het bier behoorlijk zoet is, maar dit valt bij verder proeven wat terug. Het bier geeft een zacht maar koolzuurrijk mondgevoel en heeft een moutige, zoete nasmaak. Licht bittertje aan het eind.

Wat mij betreft niet slecht, maar zeker geen topper. Een krappe voldoende dus: 5.5

De volledige proefnotities:

Uiterlijk:
Koolzuur: constant
Helderheid: mistig
Schuimtextuur: fijn
Schuim: Wit
Schuimkraag: Stabiel
Bierkleur: Goudgeel

Geur:
Zoetig: Gemiddeld
Fruitig: Veel
Caramel: Weinig
Gebrand: Weinig
Moutig: Veel
Hoppig: Gemiddeld
Zurig: Weinig

Geuren van appel- en perencider, stro, alcohol en lichte apotheekgeur.

Smaken
Hoofdsmaak (1-5)
Zoet: 4
Zuur: 1
Bitter: 2

Nasmaak (1-5)
Zoet: 3
Zuur: 1
Bitter: 3

Overige smaken:
Erg sterke mout/koekjessmaak.

Mondgevoel
Koolzuur: veel
Doordrinkbaarheid: weinig
Body: veel
Mondgevoel: zoet-plakkerig